De integratie van moslims in West-Europa vertoont een stijgende lijn. Dat is de conclusie van de Bertelsmann Stiftung in hun Religie Monitor 2017. Sinds 1960 groeit de moslimpopulatie in West-Europa. Vandaag maakt deze bevolkingsgroep in de meeste landen meer dan 5 procent van de volledige populatie uit.
Betrokkenheid
De integratie van moslimimmigranten in West-Europa vertoont volgens het rapport van Bertelsmann Stiftung duidelijk vooruitgang. Vanaf de tweede generatie is de meerderheid van de immigranten betrokken bij de maatschappij waarin ze leven. Om tot deze bevindingen te komen peilden de onderzoekers naar de taalbekwaamheid, onderwijs, werkleven en interreligieuze contacten van moslims in Frankrijk, Groot-Brittannië, Oostenrijk, Duitsland en Zwitserland. Ondanks de verschillen in de landen van herkomst, verschillende geloofsovertuigingen en verschillende redenen om te migreren, volgt de integratie van de 14 miljoen moslims in deze vijf landen een soortgelijk parcours. Kansen op deelname aan de maatschappij worden door hen gegrepen, maar tegelijk willen ze hun religie blijven uitoefenen, ook al ondervinden ze daarvoor soms afkeuring in de nieuwe maatschappij waarin ze leven.
Volgens de onderzoekers belemmert dit laatste de integratie echter niet. “De islam is geen belemmering voor integratie”, zegt Stephan Vopel, expert op het gebied van sociale cohesie bij een Bertelsmann Stiftung. “Zelfs zeer religieuze moslims leren de nieuwe taal en streven naar goede opleidingen, net zoals andere immigranten. Als integratie stagneert, zijn daar vaak andere redenen voor te vinden.”
Kinderen langer op school
Volgens het rapport stijgt het onderwijsniveau in moslimfamilies in alle landen per generatie. 67 procent van de kinderen van tweede generatie-moslims zit nog op school na hun zeventiende verjaardag. Wel zijn de gemiddelde schoolresultaten nog niet in overeenstemming met die van niet-moslim leeftijdsgenoten. Frankrijk scoort het beste van de vijf onderzochte landen. Hier verlaat slechts 11 procent van de moslimkinderen de school voor hun achttiende verjaardag. De resultaten zijn minder goed voor Duitsland en Zwitserland, waar het schoolsysteem kinderen al op vroege leeftijd scheidt op basis van prestaties. Anderzijds scoren deze twee landen het best op het gebied van arbeidsintegratie voor moslims. In beide landen is er geen verschil tussen moslims en de rest van de bevolking, wat het vinden van een baan betreft. Immigranten profiteren in deze landen aanzienlijk mee van de hoge vraag naar arbeid.
Andere factoren die het vinden van een baan vergemakkelijken zijn ook de versnelde werkvergunningen, gerichte initiatieven en taalcursussen. Frankrijk heeft een relatief ondoordringbare arbeidsmarkt en dat vertaalt zich volgens het rapport in het feit dat we hier grote groepen schoolverlaters zien met een islamitische achtergrond en goede kwalificaties, die toch werkloos zijn en minder kans hebben om een voltijdse baan te vinden.
Taal en vrije tijd
Over het algemeen leerde bijna de helft (49 procent) van de moslims in deze vijf landen de nationale taal als hun eerste taal tijdens de kindertijd. Hier zien de onderzoekers een duidelijke toename van de eerste naar de tweede generatie, namelijk van 27 naar 76 procent. Frankrijk leidt hier: 93 procent van de in het land geboren immigrantenkinderen groeit op met de Franse taal.
Een andere aanduiding van succesvolle integratie is dat 75 procent van de moslims regelmatig hun vrije tijd doorbrengt met niet-moslims. Dit interreligieuze contact neemt ook toe bij elke generatie, net als de identificatie met het land waar moslims verblijven. Bijna alle ondervraagden (94 procent) voelen zich verbonden met het land waar ze wonen.
Een moslim als buur
Het niveau van integratie dat nu bereikt is, wordt volgens de onderzoekers echter niet altijd gewaardeerd door de volledige bevolking: 20 procent van de ondervraagde burgers zegt dat ze geen moslims willen als buur. Het wantrouwen tegen de islam is het laagst in Frankrijk (14 procent) en het hoogst in Oostenrijk (28 procent). Gelovige moslims die hun religie uitoefenen, ervaren vaak discriminatie op de arbeidsmarkt. Van de onderzochte landen kunnen streng religieuze moslims (41 procent kan als zodanig worden omschreven) enkel in Groot-Brittannië even snel een baan vinden als minder devote moslims.
Samenleven naast elkaar
“Tot nu toe heeft geen land in West-Europa een overtuigend evenwicht gevonden tussen gelijke kansen en respect voor religieuze diversiteit”, zegt Yasemin El-Menouar, islamexpert aan de Bertelsmann Stiftung. In Frankrijk voelen veel moslims zich gefrustreerd door de discriminatie op de arbeidsmarkt door hun religie. Het resultaat: Frankrijk is het enige land waar de betrokkenheid van moslims bij hun nieuwe thuisland afneemt. In Groot-Brittannië kunnen moslims net als andere geloofsgroepen hun religie uitoefenen zonder daarvan nadelen te ondervinden voor hun loopbaan. Er is echter wel nog steeds relatief weinig contact tussen moslims en mensen met andere religies. Het dagelijks leven verloopt eerder naast elkaar dan samen in een gemeenschap, concluderen de onderzoekers.
In de Religie Monitor 2017 worden drie kernstrategieën aangereikt voor de bevordering van integratie en cohesie in de West-Europese samenlevingen: verbeter de mogelijkheden voor deelname op de werkvloer en in het onderwijs. Geef islam dezelfde juridische status als andere institutionele religieuze groepen en erken de religieuze diversiteit. Ten slotte: bevorder interculturele contacten en interreligieuze discussie onder meer in scholen, in woonwijken en in de media.
Bron: IPS
Foto: pixabay