Bijna alle kleuters die zijn ingeschreven op Vlaamse scholen, of 97 procent, zijn voldoende aanwezig in de klas. Dat blijkt uit de eerste ‘rapporten’ over de aanwezigheid van kleuters, die elke school en gemeente in Vlaanderen vandaag heeft ontvangen.
Met de cijfers is Vlaanderen zelfs internationaal koploper op vlak van kleuterparticipatie, al benadrukt minister van Onderwijs Hilde Crevits dat er dus toch nog altijd kleuters zijn die niet vaak genoeg naar school gaan.
De Vlaamse scholen en gemeenten krijgen voortaan elk jaar twee keer een rapport over de aanwezigheden van kleuters op de schoolbanken. Vandaag/maandag kregen ze voor het eerst punten op de kleuterparticipatie, en die waren goed. Globaal gaat 97 procent van de kleuters in Vlaanderen genoeg naar school, goed voor de eerste plaats in het internationaal klassement, meldt het kabinet-Crevits.
Goede cijfers, al benadrukt de CD&V-minister wel dat er nog altijd kleuters zijn die niet genoeg naar school gaan. Dat is vooral het geval in de grote steden. Antwerpen, Gent, Oostende en Turnhout scoren het slechtst. “Elke dag kleuteronderwijs telt. Kleuters die voldoende aanwezig zijn in de kleuterklas, krijgen de beste ontwikkelingskansen. Een kleine groep kleuters is te weinig aanwezig en mist zo kansen”, zegt Crevits.
Kleuters moeten, afhankelijk van hun leeftijd, een minimum aantal van halve dagen op school zijn. Voor kinderen jonger dan 3 gaat het bijvoorbeeld om 100 halve dagen, vanaf vijf jaar moeten ze al minstens 250 halve dagen op school zijn. Het kleuterparticipatierapport geeft de scholen een zicht op hoe vaak kleuters in de klas zijn, en wie het minimum aantal niet haalt.