Op zaterdag 3 februari houden de Vlaamse en Brusselse academies een feestelijke open dag naar aanleiding van de Dag van de Academies. Leraren en leerlingen tonen dan aan het grote publiek wat er leeft in hun lokalen en ateliers en op hun podia.
Om de Dag van de Academies dit jaar wat in de verf te zetten bracht OVSG, de Onderwijskoepel van Steden en Gemeente, wat cijfers over het deeltijds kunstonderwijs samen. De cijfers gaan over het schooljaar 2016-2017.
Vlaanderen en Brussel tellen 168 academies, waarvan het merendeel bestuurd wordt door steden en gemeenten. Het deeltijds kunstonderwijs kent al jaren een gestage groei. In 2016-2017 verwerkten de academies 179.274 inschrijvingen of 0,42 procent meer dan het schooljaar ervoor. De stijging situeert zich in de Beeldende Kunst (0,95 pct), in Woordkunst (+2,32 pct) en in Dans (+1,24 pct) terwijl Muziek licht daalt (-0,55 pct). Toch blijft Muziek de grootste studierichting (47 pct), gevolgd door Beeldende Kunst (34 pct), waarna Woordkunst (12 pct) en Dans (6 pct) volgen.
De meerderheid van de leerlingen in het deeltijds kunstonderwijs is vrouwelijk (65,9 pct). De helft (50 pct) is tussen 6 en 11 jaar, de groep tieners tussen 12 en 17 is goed voor 26 pct. Hoewel jongeren dus in de meerderheid zijn, vinden ook 65-plussers (3 pct) de weg naar de academie.
In totaal werken in het deeltijds kunstonderwijs over de netten heen 5.754 leerkrachten en ander personeel. De vervrouwelijking zet door, zeker in de jongere leeftijdscategorie: bijna 60 pct is vrouw. Opvallend is ook dat bijna 37 pct van het personeel ouder is dan 50 jaar en 21 pct ouder dan 55 jaar.