De 27-jarige vluchteling Khaled uit Syrië runt samen met negen landgenoten een cateringservice in Rome. Ze maken hummus en andere Syrische delicatessen. “Hummustown” groeide snel in een jaar tijd.
Khaled vertrok in 2015 uit Syrië, toen zijn land al vier jaar in oorlog was. Hij herinnert zich het leven in Damascus als een gelukkig leven, in een gelukkig gezin en in een gelukkig land. Ondanks het feit dat hij uit een land komt dat nu verwoest is door oorlog, kijkt hij niet negatief terug op zijn tijd in Syrië. Ook toen hij achttien werd in 2008 en in het Syrische leger moest, kon hij nog een normaal leven leiden, zoals veel anderen.
In 2011 brak de Arabische Lente uit, en die veranderde snel in een gewelddadige burgeroorlog. Alles veranderde voor Khaled toen hij in 2015 tot de conclusie kwam dat hij weer een normaal leven wilde. Hij ging eerst naar Turkije en daarna naar Libië, waar hij een paar familieleden had. Daar bleef hij een jaar. “In Libië was het leven niet eenvoudig”, zegt hij. “We leefden daar continu met angst en zorgen. Je kon beroofd worden, iemand kon een pistool tegen je hoofd zetten en je wist niet of je het zou overleven.”
Hij bereikte de Italiaanse kust via de gevaarlijkste route: de Middellandse Zee. Op de vraag hoe die reis was, reageert hij lachend. “Ik sliep. Zeven uur lang heb ik geslapen en sigaretten gerookt, voordat we werden opgepikt door een reddingsboot die ons naar de Italiaanse kust bracht.”
Syrische catering
Khaled heeft nu een vluchtelingenstatus in Italië. Samen met negen andere Syrische vluchtelingen probeert hij een toekomst op te bouwen via de bereiding van hummus. Via een Amerikaans-Israelische vriend kwam hij vorig jaar in contact met Shaza Saker, een in Italië opgegroeide Syrische die nu bij de VN-Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO) werkt. Zij organiseerde bij haar thuis informele diners, gebaseerd op de Syrische keuken. Bij die diners werd geld ingezameld voor slachtoffers van de burgeroorlog in Syrië.
Saker besloot Syrische vluchtelingen te betrekken bij haar diners, en richtte ‘Hummustown’ op, een coöperatie waar nu tien Syrische vluchtelingen werken. Zij maken hummus en anders Syrische delicatessen, verpakken die en leveren ze af in Rome. Hummustown is in feite een cateringservice, met alleen Syrisch voedsel, gemaakt door Syriërs en bezorgd door Syriërs. De klanten zijn echter meestal Italiaans.
Win-winsituatie
Hummustown groeide snel in een jaar tijd. Er verschenen voedselstalletjes bij het FAO-hoofdkantoor in Rome, maar ook op festivals en tijdens feestelijkheden in de stad. Het team van Hummustown heeft een doel: een eigen plek waar eten in grotere hoeveelheden bereid kan worden, en zo een stabiel inkomen te verwerven. Om dat te bereiken werd via GoFundMe een crowdfundingcampagne opgezet. Die leverde in een paar maanden tijd al enkele tienduizenden euro’s op.
Khaled is blij dat hij via het project zowel met Syriërs als Italianen kan samenwerken. Maar hij is ook duidelijk over zijn doel. “We waarderen alle vriendelijke woorden, maar uiteindelijk zullen we om te integreren een inkomen nodig hebben waardoor we onafhankelijk zijn en een bijdrage kunnen leveren aan de Italiaanse samenleving. Ik geloof dat Hummustown kan werken, want het is een win-winsituatie voor zowel ons Syriërs als de Italiaanse klanten. Ik zie geen reden om daar niet achter te staan.”
Terug naar Damascus
In maart van dit jaar ging de oorlog in Syrië zijn achtste jaar in. Volgens de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM), keerden meer dan 600.000 ontheemde Syriërs in de eerste zeven maanden van 2017 terug naar huis. Het grootste deel daarvan was ontheemd in eigen land.
De humanitaire situatie in het land is echter nog schrijnend. Volgens het Hoge Commissariaat voor de Vluchtelingen van de VN (UNHCR) hebben 13,1 miljoen mensen in Syrië hulp nodig en zijn er 6,1 miljoen intern ontheemden. Meer dan 5 miljoen mensen vluchtten naar het buitenland. Van de Syriërs die in eigen land bleven, heeft een op de drie te maken met voedselonzekerheid en 7,6 miljoen mensen kampen met gebrek aan water en sanitaire voorzieningen.
Op de vraag of hij ooit terug wil naar Syrië, antwoordt Khaled luid en duidelijk “Ja!” Hij twijfelt er zelfs niet aan dat hij op een dag terugkeert. “Ik wil ooit terug naar Damascus en samen met mijn volk het land weer opbouwen, terug naar het gelukkige leven daar, in een gelukkig land.”