Vietnam heeft de voorbije decennia veel vooruitgang geboekt op het vlak van watervoorziening en de toegang tot leidingwater. Toch zijn de verschillen tussen stedelijke gebieden en het platteland nog groot. Kris Janssens bezoekt een waterzuiveringsbedrijf dat onder meer gebruik maakt van Nederlandse watertechnologie. Of hoe twee waterrijke regio’s met veel landbouw hun kennis delen.
Een van de vele waterbedrijven in het gebied van de Mekongdelta, in het zuiden van Vietnam, wordt gerund door Vinh Ngô en zijn vader Trường Ngô. De familie heeft een opmerkelijke geschiedenis: eentje met vertakkingen tot in Nederland. Of hoe onze noorderburen hun kennis over water tot ver over de grenzen brengen.
Wilskracht
“Mijn vader is een voorbeeld voor mij. Ik heb heel veel respect voor de wilskracht die hij getoond heeft om zijn droom waar te maken: zorgen voor drinkwater in zijn geboorteland.”
Ik sta met Vinh Ngô bij een waterzuiveringsproject in Sóc Trăng, op zo’n 230 kilometer van Hồ Chí Minh Stad. “Hier wordt oppervlaktewater gezuiverd; een energiezuinige procedure waarbij we ook zo min mogelijk chemicaliën proberen te gebruiken. Met deze installatie kunnen we ongeveer 80.000 mensen in de regio van drinkwater voorzien”, zegt Vinh.
Hij is de adjunct-directeur van de Vietnamese watermaatschappij HOWACO. Het bedrijf heet voluit “Holland Water Supply Company” en heeft, zoals de naam doet vermoeden, een sterke link met Nederland.
Knowhow uit Delft
Dat heeft alles te maken met de familie van Vinh, die eind jaren zeventig op de vlucht ging voor het communistisch regime in Vietnam. Na vijf dagen dobberen op de Chinese zee, werden ze opgepikt door een Nederlandse vloot. In 1978 zijn ze in Nederland aangekomen, meteen de strengste winter daar.
Vinhs vader, Trường Ngô, ging in Delft studeren en werkte meer dan 20 jaar als hydroloog bij verschillende waterbedrijven. “Maar Vietnam is nooit uit zijn hart geweest”, vertelt zijn zoon. “En dus wilde hij later teruggaan om de opgedane vakkennis te gebruiken in het land waar hij vandaan komt.”
Dat lukte niet van de eerste keer. “De kennis was er wel, maar je zit toch met een andere werkcultuur en het netwerk was er op dat moment nog niet.”
Trường ging bij zijn eerste poging bijna failliet. “Dankzij een oud-collega kon mijn vader een stel oude waterfilters naar Vietnam halen om een eerste pompstationnetje te bouwen. Zo is het beetje bij beetje gelukt om een succesvol bedrijf op te starten.”
Leidingwater
Zoon Vinh (geboren en getogen in Nederland) volgde later zijn vader op. “Wij hebben hier waterzuiveringsstations kunnen bouwen als lokale partner van Vitens-Evides; de voormalige werkgever van mijn vader.”
De gebruikte technologie is identiek aan die in Nederland. Dat kan, omdat er veel gelijkenissen zijn met het gebied van de Mekong delta, legt Vinh uit. Het zijn twee waterrijke regio’s met veel landbouw. En het inwonersaantal is nagenoeg gelijk: 17 miljoen mensen. “De kennis van onze experten komt hier dus perfect van pas. We hebben de Vietnamezen ook veel kunnen leren over onderhoud van de installaties.”
Toch zijn er nog veel uitdagingen. “Deze provincie, Sóc Trăng, telt 1,3 miljoen inwoners. Maar ongeveer 30 tot 40 procent van de mensen beschikken niet over leidingwater. Ze moeten zich behelpen met (zout) grondwater, regenwater of duur fleswater uit een andere regio. Het gaat vooral om armere gebieden, die verder weg liggen.”
Bronnen verzilt
Dat tekort aan drinkwater heeft verschillende oorzaken: pompstations hebben onvoldoende capaciteit en het distributie netwerk is ontoereikend en vaak verouderd. Soms kan er tot dertig procent van het water weglekken. “We proberen lekverlies terug te dringen, waardoor de financiële positie van Vietnamese waterbedrijven beter wordt en ze zelf meer kunnen investeren.”
En dan is er nog de klimaatverandering. De opwarming van de aarde leidt ertoe dat het zoutgehalte in het water stijgt. Dat is vooral een probleem in het droge seizoen. Twee tot drie maanden per jaar raken de bronnen in Sóc Trăng verzilt . “We gebruiken ontziltingsinstallaties om dit tegen te gaan. En voorts hebben we hier een groot reservoir dat zoet water kan opslaan, zodat we altijd drinkwater kunnen leveren.”
Een andere manier om dit probleem tegen te gaan, is meer focussen op oppervlaktewater. Het zout zit namelijk vooral in de bodem. “Dus is het geen goed idee om teveel grondwater te onttrekken. Dat zorgt trouwens ook voor grondverzakkingen”, vertelt Vinh.
Nederlands klimaatfonds
De omschakeling naar oppervlaktewaterzuivering kon deels betaald worden met subsidiegeld uit een Nederlands klimaatfonds.
Niet dat de Vietnamese overheid watervoorziening niet belangrijk vindt. “Zij steunen ons”, zegt Vinh. “Ze zien dat de Nederlandse technologie efficiënt werkt, waardoor de watertarieven laag kunnen blijven. Dus het is goed voor de bevolking én de lokale overheden behalen haar streefcijfers om zoveel mogelijk dekking te krijgen binnen hun gebied.” Tegen 2020 zou 75 procent van de bevolking in landelijke gebieden toegang moeten hebben tot ‘zuiver’ drinkwater -volgens de normen van het Vietnamese ministerie.
Om die doelstellingen te behalen, is de sector grotendeels geprivatiseerd. Maar de overheid blijft wel vaak de hoofdaandeelhouder. Die structuur geeft de waterbedrijven meer flexibiliteit. Ze kunnen eigen keuzes maken, op maat van de regio waarin ze werken. En ze kunnen bijvoorbeeld ook leningen afsluiten om nieuwe infrastructuurwerken te betalen.
Water doet de economie groeien
Na meer dan tien jaar werken, ziet Vinh het verschil. “Schoon drinkwater leveren is niet alleen een basisbehoefte voor de bevolking, maar ook voor de industrieën. Een betere waterbevoorrading doet de economie groeien.”
Daar werkt de watersector zelf ook aan mee. Niet alleen zijn er arbeiders nodig voor de bouw en het onderhoud van de zuiveringsinstallaties. Er zijn ook banen voor lokale distributeurs, die het leidingwater kopen en het tot bij de huishoudens in hun regio brengen.
“Mijn vader gaat nu bijna met pensioen. Ik denk dat het zijn enige wens is dat zijn werk wordt voortgezet. Dat de werknemers in het bedrijf geleerd hebben van zijn vaardigheden en hier op voort kunnen borduren.”