Oerbossen redden blijft de beste manier om de biodiversiteit te beschermen en de opslag van CO2 onaangeroerd te laten. Maar toch blijken nieuwere bossen het helemaal niet slecht te doen. Dat stelt nieuw onderzoek van Europese, Braziliaanse en Australische wetenschappers.
Omdat oerbossen een gigantische opslagplaats voor CO2 zijn, naast een bron van biodiversiteit, zijn tropische wouden logischerwijze het meest belangrijke ecosysteem op aarde. Toch verwoest de mens ze elke dag een beetje meer, aan een alarmerend snel tempo. De implicaties voor de klimaatverandering en de diversiteit van de soorten zijn enorm.
Belangrijke rol
Lange tijd werd gedacht dat de regeneratie van bossen – bossen die opnieuw opgroeien op plekken die eerder ontbost waren- en het aanplanten van nieuwe bossen weinig soelaas bieden om het ecosysteem te herstellen. Dat blijkt echter al te pessimistisch uitgedrukt, blijkt nu uit onderzoek van Europese, Braziliaanse en Australische wetenschappers.
Zij deden metingen naar de hoeveelheid opgeslagen CO2 en onderzochten 1600 plant- en diersoorten in 59 secundaire bossen die zich natuurlijk herstellen, en 30 primaire bossen in het oostelijke Amazonegebied.
Hun studie toont aan dat primaire bossen het meeste CO2 opslaan en het hoogste aantal soorten bevatten. Oerbossen beschermen blijft dus de prioriteit, stellen de wetenschappers. Maar hun studie toont eveneens aan dat secundaire wouden ook een belangrijke ecologische rol spelen.
Opmars secundaire bossen
“We zagen dat de opslag van CO2 en de biodiversiteit tot op een hoogte van meer dan 80 procent vergelijkbaar is met de situatie in ongerepte oerbossen”, zegt hoofdauteur Gareth Lennox van Lancaster University. “Dit is ontegensprekelijk goed nieuws.”
Hij zegt er wel nog bij dat dit niet betekent dat secundaire bossen de onaangetaste oerbossen kunnen vervangen. “Behoud daarvan moet de eerste prioriteit blijven.”
Secundaire bossen zijn in sommige gebieden aan een opmars bezig. In Brazilië bijvoorbeeld, waar de plattelandsvlucht richting de steden ertoe heeft geleid dat minder mensen zich bezighouden met traditionele landbouw. De vrijgekomen (ooit ontboste) percelen gaan zich dan herstellen en worden de zogenoemde secundaire bossen. In Brazilië heeft dit de laatste dertig jaar geleid tot een ‘herstel’ van bossen van minder dan 30.000 vierkante kilometer naar 170.000 vierkante kilometer.
De resultaten van het onderzoek verschenen in Global Change Biology.