Een voormalig tropisch zwembad in Rotterdam huisvest vandaag BlueCity, waar tientallen bedrijven bezig zijn met circulaire economie. Rotterzwam kweekt oesterzwam op koffiedik en laat nu onderzoeken of het overblijvende substraat kan worden ingezet als duurzame bodemverbeteraar.
BlueCity telt startups die ideeën bedenken voor een wereld zonder plastics tot krekelkwekerijen en andere bedrijven die zoeken naar alternatieven voor vlees met een lage ecologische impact.
Een van de bedrijven is Rotterzwam, dat oesterzwammen kweekt op afgedankt koffiedik. De stad Rotterdam alleen al produceert jaarlijks vijf miljoen kilo koffiedik, dat anders gewoon verbrand wordt.
Bitterballen van oesterzwam
“Koffiedik afkomstig van verschillende bedrijven wordt tot een homogeen geheel verwerkt”, zegt projectleider Jente de Vries. “Momenteel betalen bedrijven voor de dienst die geleverd wordt: het hoogwaardig verwerken van hun koffiedik. Ze krijgen daarvoor een impactrapportage terug en een aantal diensten, bijvoorbeeld een rondleiding in de kwekerij van Rotterzwam of bitterballen gemaakt van oesterzwammen die op hun koffiedik gekweekt zijn.”
Sinds vorig jaar werkt Rotterzwam samen met de Universiteit van Wageningen (WUR) om te bekijken of ze nog een stap verder kunnen gaan in de circulaire filosofie. Na de oogst van oesterzwammen blijft immers een substraat over, dat is het koffiedik waar schimmel doorheen gegroeid is.
Bodemverbeteraar
“In het begin werd dat substraat soms opgehaald door mensen die het in de tuin willen gebruiken”, zegt de Vries. “Het werd ook beschikbaar gesteld als bodemverbeteraar aan stadslandbouwprojecten omdat het goed blijkt te zijn voor de bodem.”
WUR werd betrokken omdat de leerstoelgroep Bodemfysica en Landbeheer wil laten onderzoeken wat de invloed van koffiedik is op de bodem, en of het als bodemverbeteraar toegepast kan worden. Als de resultaten positief zijn, wil de Vries in juli al verder gaan met testen bij boeren.