Carl Sagan deed de beroemde uitspraak: “De kosmos zit in ons. Wij zijn gemaakt van sterrenstof.” Dat is meer dan een poëtisch cliché. Er zijn sluitende wetenschappelijke bewijzen dat het calcium in onze botten, het ijzer in ons bloed en het koper in ons haar allemaal in de hete sterren zijn ontstaan. Astronome Margaret Burbidge presenteerde in 1957 de bewijzen daarvoor in een 100 bladzijden tellende paper. Ze werkte samen met Geoffrey Burbidge, William Fowler en Fred Hoyle, en met haar werk heeft ze de manier waarop mensen naar zichzelf en hun plaats in het universum kijken definitief veranderd.
Burbridge heeft baanbrekend werk verricht over het ontstaan van stoffen, maar ze was ook geïnteresseerd in sterrenstelsels, lichtgevende objecten in de kosmos die ontzettend ver weg zijn en die supermassieve zwarte gaten bevatten, zogenaamde quasars, en in de steady-statetheorie, een alternatief voor de Big-Bangtheorie. Haar leven en haar werk hebben generaties astronomen beïnvloed en een indrukwekkende erfenis aan ontdekkingen achtergelaten. En dat heeft ze allemaal gedaan in een tijd waarin vrouwen die een carrière in de wetenschap wilden uitbouwen, vaak werden gedwarsboomd.
Burbidge is onlangs 100 jaar geworden. Voor de generaties wetenschappers die door deze topastronome zijn beïnvloed, door haar persoon of door haar werk, een uitstekende gelegenheid om haar in de bloemetjes te zetten.
Een eeuw lang wetenschap
Eleanor Margaret Peachey werd op 12 augustus 1919 geboren in Davenport, Greater Manchester, maar bracht haar kindertijd door in Londen. Ze keek voor het eerst naar de sterren aan de hemel toen ze vier was, toen ze met haar moeder de boot naar Frankrijk nam. Wetenschap zat de familie in het bloed – haar beide ouders waren scheikundigen en haar vader was een fervente uitvinder.
James Jeans, een andere vooraanstaande astronoom, was ook een ver familielid. Ze hebben elkaar nooit ontmoet, maar zij kreeg zijn populaire wetenschapsboeken als kerstcadeau. Toen ze 12 was, was ze al gefascineerd door grote getallen en verslond ze zijn boeken.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog studeerde Margaret astronomie aan University College London. Daar leerde ze Geoffrey Burbidge kennen, met wie ze trouwde. Dat was het begin van een levenslang, gezamenlijk avontuur in de wereld van de wetenschap.
Ze gaf praktijklessen met de telescoop en zo kwam ze toevallig in contact met Arthur C. Clarke, die uitgroeide tot de beroemde sciencefictionschrijver en futuroloog. Clarke was een enthousiaste student die “alles wilde leren wat te maken had met planeten en interplanetair reizen”. Naar verluidt ging hij zo op in het bestuderen van de sterren dat hij op een nacht bijna een andere student van het dak duwde.
Burbidge toonde zich altijd vastberaden als er hindernissen overwonnen moesten worden. Uit haar observatielogbook van 1944 blijkt dat ze de sterren onverschrokken opnieuw in het gezichtsveld van de telescoop bracht telkens wanneer het oculair werd weggeduwd door de luchtverplaatsing van bommen die in de buurt ontploften.
Haar liefde voor astronomie gaf haar de kracht om uitdagingen tot een goed einde te brengen. Toen ze voor het eerst een foto van een spiraalvormig sterrenstelsel zag, was ze euforisch. Ze herinnert het zich nog:
Ik had het gevoel dat het bijna verdorven was om zo van astronomie te genieten, het was nu immers mijn job en mijn bron van inkomsten.
Vrouwen inspireren om wetenschapper te worden
Maar in die tijd hadden getalenteerde vrouwelijke wetenschappers het nog heel hard te verduren. Burbidge werd voor het eerst met genderdiscriminatie geconfronteerd toen ze zich in de VS kandidaat stelde voor een functie bij Carnegie Observatories. De directeur schreef haar een brief waarin hij kortaf meedeelde dat dat soort functies aan mannen was voorbehouden. Later, toen ze de hemel wou observeren in het Mount Wilson Observatory in Californië, werd haar ook daar de toegang ontzegd.
Maar Burbidge liet zich niet afschrikken en op haar typische manier “vond ze een oplossing voor elke hindernis die op haar pad kwam”. Het Mount Wilson Observatory raakte ze toch binnen door zich voor te doen als Geoffs assistente. Ze moest haar zwangerschap verbergen terwijl ze de berg beklom en daarom hulde ze zich zelfs op warme, drukkend hete dagen in een jas.
Ze gebruikte haar professionele prestige vaak om het voor andere vrouwelijke wetenschappers op te nemen. In 1971 wees ze de Annie Jump Cannon Award af – een prijs ter ere van de onderzoeksresultaten van vrouwelijke astronomen. Ze argumenteerde dat prijzen op basis van geslacht verhinderen dat vrouwen de erkenning kregen die ze verdienden. Die blijk van rebellie was de aanzet tot het Committee on the Status of Women in Astronomy, een comité dat vrouwen aanmoedigt om astronoom te worden en hun werk in de kijker zet.
Tegenwoordig moeten wetenschappers zich over tal van problemen buigen, van het aanpakken van de ongelijkheid in hun vakgebied, die nog altijd bestaat, tot het oplossen van allerlei humanitaire crisissen. Margaret Burbidge is een lichtend voorbeeld van hoe je een doorbraak kunt forceren, zelfs in moeilijke tijden. Toen Margaret zich verdiepte in de verwoestende krachten die in 1983 de wereld teisterden, gaf ze toe dat ze rotsvast bleef geloven dat het in de toekomst beter zou worden
Ik ben ervan overtuigd dat we het in ons hebben om dingen te voorzien en erop te anticiperen. Wetenschappers in alle landen bevinden zich in de positie […] om het leven van alle mensen te verbeteren.