Als de mensheid een manier vindt om CO2 uit de atmosfeer te halen, dan is er meer dan plek genoeg om die op te slaan in de aardlagen. Dat blijkt uit onderzoek in Nature.
Om de ergste gevolgen van de klimaatverandering te vermijden, zal de afvang en opslag van CO2 (Carbon Capture and Storage of CCS) onontbeerlijk zijn. Het idee is om bij erg vervuilende industrieën CO2 op te vangen aan de bron en onder de grond op te slaan. Alleen bestaat de technologie nog niet echt om de CO2 op te vangen. Wereldwijd zijn er amper twintig projecten gestart, onder meer door twijfels over de kosten en de haalbaarheid.
Over de opslag is er veel minder twijfel, stellen Noorse onderzoekers in Nature Scientific Reports. Ze tonen aan dat er onder de zeebodem meer dan genoeg plaats is, en dat het ook perfect mogelijk is om op korte termijn voldoende injectieboringen te maken.
“We hebben berekend hoeveel boringen we nodig hebben om de uitstootdoelen binnen een 2-gradenscenario te halen”, zegt Philip Ringrose, hoogleraar Geologie aan de Noorse Universiteit van Wetenschap en Technologie (NTNU). “Daaruit blijkt dat we maar een fractie nodig hebben van de historische olie-industrie: zo’n twaalfduizend boringen over de hele wereld, of tweeduizend per regio. Dat is perfect haalbaar. Maar we moeten wel zo snel mogelijk beginnen.”
Olieboringen
Twaalfduizend boringen lijkt veel, maar is vergelijkbaar met wat er in de Golf van Mexico alleen al aan olieboringen is gedaan in de voorbije zeventig jaar.
De wetenschappers ontwikkelden ook een classificatie voor verschillende rotsformaties op basis van hun capaciteit om CO2 op te slaan. In tegenstelling tot eerdere studies gaan ze daarbij vooral uit van de druk die het gesteente aankan, eerder dan van beschikbare volumes.
Ze pleiten ervoor om te starten bij het makkelijkste gesteente en, naarmate de knowhow groeit, te verschuiven naar de minder geschikte formaties. “Die strategie van technologische ontwikkeling is vergelijkbaar met de historische productie van olie en gas”, zegt Ringrose.