Als we onze dagelijkse lichaamsbeweging zelfs maar een beetje verhogen, kan dat tot miljoenen minder zieken leiden in Europa. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) spoort ons aan om meer te genieten van sporten en bewegen.
Step up! kopt het rapport dat de WHO en de OESO vandaag lanceren en waarin aangetoond wordt hoe we tegen 2050 meer dan 11 miljoen niet-overdraagbare ziekten (NCD’s) kunnen voorkomen. Concreet gaat het dan over 3,8 miljoen gevallen van hart- en vaatziekten, 3,5 miljoen depressies, bijna 1 miljoen gevallen van diabetes type 2 en meer dan 400.000 verschillende soorten kanker.
De sleutel? Je dagelijkse lichaamsbeweging opschalen tot het minimale niveau dat de WHO aanbeveelt. Het kan duizenden sterfgevallen voorkomen en miljarden aan uitgaven voor gezondheidszorg in de hele EU besparen.
150 minuten per week
Een derde van de Europeanen heeft te weinig lichaamsbeweging – 45 procent zegt zelfs nooit te sporten. Dat leidt tot miljoenen mensen die ziek worden en daardoor ook hun financiële welzijn zwaar onder druk zien staan. De vier meest dodelijke NCD’s zijn hart- en vaatziekten, kanker, chronische ademhalingsziekten en diabetes.
Om het niet zover te laten komen beveelt de WHO ten minste 150 minuten matig intensieve lichaamsbeweging per week aan. Uit het nieuwe rapport blijkt dat, als iedereen dit advies zou opvolgen, jaarlijks meer dan 10.000 vroegtijdige sterfgevallen in de EU kunnen worden vermeden.
Investeren in sport en beweging
“Het rapport levert het bewijs dat investeren in beleid dat lichaamsbeweging bevordert niet alleen het individuele welzijn en de volksgezondheid verbetert, maar ook economische voordelen heeft”, zegt Hans Kluge, regionaal directeur van de WHO voor Europa. “Elke euro die in lichaamsbeweging wordt gestopt, levert een bijna tweevoudig rendement van 1,7 euro aan economische voordelen op.
“We moeten de voordelen van een actieve levensstijl goed communiceren. Er zijn niet alleen de fysieke voordelen, maar ook baten voor onze geestelijke gezondheid, voor het milieu en de samenleving in de Europese regio.”
Gezondheid en geluk
Volgens Ulrik Vestergaard Knudsen, adjunct-secretaris-generaal van de OESO, kan beleid dat meer lichaamsbeweging stimuleert een echte win-winsituatie opleveren. “Het draagt bij tot een gelukkig en gezond leven en verlaagt tegelijkertijd de kosten voor de gezondheidsstelsels en de samenleving”, zegt Knudsen. “De EU-landen kunnen bijna 8 miljard euro per jaar besparen door meer in te zetten op beweging en zo de last van NCD’s te verminderen.”
Duitsland, Italië en Frankrijk, de EU-lidstaten met de meeste inwoners, hebben logischerwijze de grootste last van onvoldoende lichaamsbeweging op de uitgaven voor gezondheidszorg. Het rapport schat dat de drie landen een verlies in koopkracht van respectievelijk 2 miljard euro, 1,3 miljard euro en 1 miljard euro per jaar zullen kennen door de behandeling van ziekten die verband houden met lichaamsbeweging.
Als de EU-landen gezamenlijk het gebrek aan lichaamsbeweging voor hun hele bevolking aanpakken, zullen ze bijna 8 miljard euro per jaar besparen.
Sommige landen hebben dat goed begrepen en rollen vandaag al beleid uit dat erop gericht is om hun bevolking meer te laten bewegen. Zo heeft Finland een resolutie aangenomen om actieve manieren van vervoer te bevorderen en bouwt Oostenrijk aan een samenwerking tussen sportclubs en basisscholen. Bulgarije werkt een programma uit om mensen te helpen die voor hun werk lange tijd moeten zitten.
