Voor het eerst is er in de eerste 6 maanden van een jaar in Nederland meer elektriciteit geproduceerd met hernieuwbare bronnen, dus uit zon en wind, dan met fossiele bronnen. De elektriciteitsproductie uit hernieuwbare bronnen is in de eerste helft van 2024 gestegen naar 29,3 miljard kWh. Hiermee kwam het aandeel hernieuwbare elektriciteit op 53% van de totale elektriciteitsproductie. De invoer van elektriciteit steeg en de uitvoer nam af. Dit blijkt uit de nieuwste cijfers van het CBS.
De elektriciteitsproductie uit ‘wind’ is gestegen naar 17,4 miljard kWh in de eerste helft van 2024. Dit is een toename van 4,4 miljard kWh. Ruim twee derde van deze stijging vond plaats op zee. De belangrijkste oorzaak van de gestegen elektriciteitsproductie uit wind is de toename van het vermogen zowel op zee als op land. Op zee hadden vooral de nieuwe windparken Hollandse Kust Zuid en Hollandse Kust Noord een aanzienlijke bijdrage aan het vermogen van wind op zee. Ook het vermogen op land nam toe, met name in Flevoland, waar vorig jaar al meer oude kleinere windmolens zijn vervangen door grotere en nieuwe windmolens met meer vermogen.
De elektriciteitsproductie uit ‘zon’ steeg naar 11,7 miljard kWh. Dit is een toename van 0,8 miljard kWh. Dit werd veroorzaakt doordat er meer vermogen is bijgeplaatst, terwijl de hoeveelheid zonnestraling juist minder was dan in de eerste helft van vorig jaar.
Afname
De elektriciteitsproductie uit biomassa is afgenomen met 16 procent, met name als gevolg van minder bijstook in de kolencentrales, die ook minder hebben gedraaid in de eerste helft van 2024.
De elektriciteitsproductie uit kolen is gedaald naar 3,9 miljard kWh. Doordat er veel meer goedkopere elektriciteit uit zon en wind beschikbaar was, konden kolencentrales minder concurrerend elektriciteit produceren.
Ook de elektriciteitsproductie uit aardgas is gedaald, naar 21,3 miljard kWh, met name bij elektriciteitscentrales, ondanks gedaalde prijzen voor aardgas en CO2-emissies in 2024.