Op 27 februari 2025 werd in het nieuw aangelegde natuurgebied in de Hedwige-Prosperpolder een geavanceerd koolstofmeetstation geïnstalleerd. Deze meetopstelling zal permanent de uitwisseling meten van de broeikasgassen CO₂ en CH₄ (methaan) tussen het natuurgebied en de atmosfeer. Het is de eerste installatie van dit type in een nieuw aangelegd slikken- en schorrengebied. De meettoren biedt een unieke kans om te onderzoeken hoe natuurherstel van getijdengebieden kan bijdragen aan de opslag van koolstof.
Het nieuwe meetstation maakt deel uit van WETCOAST, een recent gestart project waarin de Universiteit Antwerpen, KU Leuven en de Vrije Universiteit Brussel onderzoeken wat de rol is van getijdengebieden in klimaatregulatie. Langs de Schelde gingen in het verleden grote slikken- en schorrengebieden verloren door inpoldering. Vandaag worden die gedeeltelijk weer hersteld in het kader van het Vlaamse Sigmaplan en het Nederlandse Natuurpakket Westerschelde. Het grootste natuurherstelproject vinden we in de 465 hectare grote Hedwige-Prosperpolder. Hier worden vloed en eb weer toegelaten in de voormalige polders, waardoor de slikken- en schorrennatuur zich langzaam kan herstellen.
“Schorren behoren tot de meest efficiënte ecosystemen ter wereld om koolstof vast te leggen”, zegt prof. Stijn Temmerman.
Projectcoördinator Stijn Temmerman (Universiteit Antwerpen, Global Change Ecology Centre): “Dit nieuwe gebied biedt een unieke kans voor kennisontwikkeling, want er blijven grote vragen: hoe snel herstellen de natuurlijke processen zich die essentieel zijn voor de opname van broeikasgassen en vastlegging van koolstof? En hoe kunnen we dit nauwkeurig en op grote schaal meten?”
Efficiëntste ecosystemen ter wereld
Het nieuwe meetstation moet antwoorden bieden op deze vragen. Op de 6 meter hoge constructie staan sensoren die permanent de uitwisseling van koolstofdioxide (CO2) en methaan (CH4) meten. Ook de omgevingsfactoren zoals wind, temperatuur, neerslag, lichtintensiteit en het getij worden nauwkeurig gemeten. De hele installatie wordt aangedreven door zonne-energie. De grote hoeveelheid aan data wordt automatisch doorgestuurd naar de campus van UAntwerpen voor analyse. Het ontwerp en de plaatsing van de draagstructuur van het meetstation werd begeleid door Jan De Nul, het baggerbedrijf dat ook meewerkte aan de natuurinrichting van het onderzochte gebied.
Stijn Temmerman: “Met WETCOAST willen we te weten komen hoeveel koolstof er kan opgenomen en vastgelegd worden in herstelde getijdengebieden. Schorren in ons klimaat en mangrovebossen in de tropen behoren tot de meest efficiënte ecosystemen ter wereld om koolstof vast te leggen en de klimaatopwarming terug te dringen. Maar die functie is voor veel getijdengebieden verloren gegaan doordat ze werden drooggelegd voor menselijk ruimtegebruik zoals landbouw. Recent worden schorren en mangroves weer hersteld. Naast overstromingspreventie en verbetering van de waterkwaliteit en biodiversiteit wordt koolstofopslag vaak aangehaald als motivatie voor hun herstel. Maar hoe snel wordt die koolstof opgeslagen? Dat is een belangrijke vraag. ”
Nauwkeurig in kaart brengen
Het onderzoek omvat zowel manuele metingen in het veld, die onder uitdagende omstandigheden plaatsvinden, als continue metingen door geavanceerde instrumenten. Daarnaast wordt ook een drone ingezet om de ontwikkeling van het gebied op te volgen.
Stijn Temmerman: “Door al deze gegevens samen te brengen, ontwikkelen we efficiënte methodes om koolstofopslag in getijdengebieden nauwkeurig in kaart te brengen. Binnen WETCOAST willen we deze data integreren in een nieuw computermodel, waarmee we de toekomstige en huidige koolstofopslag in deze schorgebieden, en dus hun bijdrage aan klimaatregulatie, veel nauwkeuriger kunnen berekenen.”