Europa zal dit jaar 20 miljoen ton CO2 besparen dankzij de opmars van elektrische auto’s, blijkt uit cijfers van transport-en milieukoepel T&E.
De Europese transportsector stootte vorig jaar 1,05 miljard ton CO2 uit. Dat is 5 procent minder dan de 1,1 miljard ton in 2019, en dat is grotendeels te danken aan de opmars van de elektrische auto.
Het aantal elektrische voertuigen met batterijen stijgt sterk en kan eind dit jaar afklokken op bijna 9 miljoen. Zonder al die elektrische wagens zou er 20 miljoen ton extra uitgestoten worden – vergelijkbaar met zo’n zeven steenkoolcentrales.
Groen beleid
“Het groene beleid van de EU begint te werken”, zegt T&E-baas William Todts. “Dankzij de overstap naar elektrische voertuigen beginnen we een structurele daling van de transportemissies te zien. Europa bevrijdt zich langzaam van zijn afhankelijkheid van olie, maar we geven nog steeds honderden miljarden uit aan invoer vanuit overzeese mogendheden.”
Want ondanks de vooruitgang is Europa nog steeds sterk afhankelijk van import: 96 procent van de ruwe olie en 90 procent van het aardgas is afkomstig uit het buitenland. Terwijl Europa afhankelijk blijft van import voor belangrijke materialen in de productie van batterijen zoals lithium (100 procent), nikkel (75 procent) en aluminium (58 procent), is het grote verschil dat die grondstoffen gerecycled kunnen worden.
Zo gebruikt een elektrische auto zo’n 20 liter aan grondstoffen voor zijn batterij, terwijl een doorsnee wagen met verbrandingsmotor er gemiddeld meer dan 12.400 liter brandstof doorjaagt.
Volgens Todts is het nu dan ook niet het moment om groene maatregelen terug te draaien. “Voor de welvaart en veiligheid van het continent is dit juist het moment om de inzet te verdubbelen.”