De eerste generatie die op grote schaal de opkomst van de digitale technologie heeft meegemaakt, heeft ondertussen een leeftijd bereikt waarop zich ook een verhoogd risico op dementie voordoet. Is er een verband? Nee, integendeel, zegt neurowetenschappelijk onderzoek.
Omdat dementie wereldwijd toeneemt en de getroffenen vaak de ‘pioniers’ zijn die tijdens hun leven de eerste digitale technologieën zagen opkomen, hebben wetenschappers zich de vraag gesteld: Is er een verband tussen het gebruik van digitale technologie en een verhoogd risico op dementie?
Onderzoek in Nature Human Behavior is stellig: digitale technologieën worden juist gelinkt aan minder cognitieve achteruitgang.
Digitale dementie
“Je moet het nieuws maar aanzetten en je ziet mensen praten over hoe technologieën ons schade berokkenen”, zegt neurowetenschapper Michael Scullin van Baylor University. “Mensen gebruiken steeds vaker de termen brain drain, hersenrot of digitale dementie.”
Die termen verraden wat velen denken over het cognitieve effect van digitale technologie. Maar is het ook terecht? Is het gebruik van technologie echt zo slecht voor het brein? Dat bleef lang onduidelijk, maar nu de eerste generatie die een groot deel van het leven met digitale technologieën te maken kreeg, de leeftijd bereikt waarop ook dementie voorkomt, kunnen wetenschappers dit eindelijk onderzoeken.
Hun bevindingen weerleggen dat het veelvuldig gebruik van digitale technologie iets zoals hersenrot of digitale dementie zou veroorzaken. Ze wijzen er juist op dat het de cognitieve veerkracht van deze volwassenen bevordert.
Minder cognitieve achteruitgang
De resultaten komen voort uit een analyse van 136 onderzoeken met gegevens van meer dan 400.000 volwassenen. Ze leveren overtuigend bewijs dat het gebruik van digitale technologie eerder gepaard gaat met betere cognitieve verouderingsresultaten dan met schade. Heel concreet linkt het onderzoek het gebruik van digitale technologie aan een 58 procent kleinere kans op cognitieve achteruitgang.
Volgens Scullin waren die resultaten voor sommigen erg verrassend, omdat het gebruik van technologie vaak wordt geassocieerd met een zittend en passief bestaan, zowel fysiek als mentaal.
Maar voor de huidige generatie ouderen – die hun kindertijd nog schermvrij hebben doorgebracht- blijkt het gebruik van technologie juist cognitief uitdagend.
“Een van de eerste dingen die ouderen uiten is frustratie over het gebruik van de computer. Ze vinden het allemaal moeilijk om te leren, maar net dat is de cognitieve uitdaging die gunstig kan zijn voor de hersenen, zelfs als het op dat moment niet geweldig aanvoelt”, zegt Scullin.
Technologie vereist veel aanpassingen en flexibiliteit, zoals het begrijpen van nieuwe software-updates, omgaan met haperend internet of het wegwijs geraken uit online informatie. “Als je dat al jaren doet is dat goeie hersentraining, ook al ervaar je misschien frustratie”, zegt hij.
Minder eenzaam
Verder heeft digitale technologie de onderzochte ouderen ook in staat gesteld om in contact te blijven met vrienden, kinderen en kleinkinderen. “Je kunt niet alleen met ze praten, je kunt ze ook zien”, zegt Scullin. “Je kunt foto’s delen, e-mails uitwisselen, en dat allemaal binnen een seconde of minder. Dat betekent dus dat er meer mogelijkheden zijn om eenzaamheid te verminderen.”
En van eenzaamheid is geweten dat het een risicofactor is voor achteruitgang van het brein en dementie, dus kan het verband tussen het gebruik van digitale technologieën en een betere cognitieve gezondheid wellicht ook op deze manier verklaard worden, stelt het onderzoek.
Hoewel Scullin de veelbesproken negatieve effecten van technologie niet wil minimaliseren – denk aan zaken zoals afleiding door de smartphone tijdens het rijden of het gebruik van chatten in plaats van échte interactie – benadrukt hij dat een gezond gebruik van digitale hulpmiddelen bij oudere volwassenen goed is voor de gezondheid van het brein.
“Als je een ouder of grootouder hebt die wegblijft van technologie, dan moet je daar misschien nog eens over nadenken”, zegt hij. “Zou je hem of haar kunnen leren om een foto-, berichten- of kalender-app op de smartphone of tablet te gebruiken? Begin eenvoudig en wees geduldig tijdens het leerproces.”